Eindheffing of bruteren, wat is wijsheid?

Als u in de werkkostenregeling over de vrije ruimte heen schiet, betaalt u 80% eindheffing. Bruteren is ook een optie die vanwege de dalende tarieven soms niet eens zo gek lijkt. Maar is dit wel zo en wat scheelt het dan?

Werkkostenregeling

Via de werkkostenregeling kunt u uw werknemers belastingvrij zaken uitkeren of verstrekken, zoals een bonus of kerstpakket. Dat kan tot het bedrag van de vrije ruimte. Schiet u echter over de vrije ruimte heen, in 2020 1,7% van uw loonsom tot € 400.000 plus 1,2% van het meerdere, dan betaalt u als werkgever 80% eindheffing. Dat lijkt veel, maar dit is vaak goedkoper dan bruteren. Waar hangt dit van af?

Hoe werkt bruteren ook alweer?

Netto

Als u uw werknemer een bedrag netto in het handje wilt laten ontvangen, kunt u dit bedrag bruteren. U neemt dan de belasting voor uw rekening. Wat bruteren u kost, hangt dus af van het belastingtarief van uw werknemer. Er spelen echter meer aspecten een rol.

Heffingskortingen

U moet er bij brutering rekening mee houden dat de algemene heffingskorting en de arbeidskorting afnemen naarmate het inkomen stijgt. Hierdoor betaalt een werknemer over extra inkomen, zoals een bonus, meer belasting dan alleen het voor hem geldende tarief.

Voorbeeld: U wilt uw werknemer € 1.000 netto geven. Zijn jaarsalaris bedraagt € 30.000. Over de extra € 1.000 betaalt hij € 413 belasting. Als u bruteert, kost dit u € 1.703 (€ 1.703 x 41,3% = € 703). Iets minder dus dan de eindheffing van € 800.

Premies werknemersverzekeringen

Als u bruteert, moet u er echter rekening mee houden dat u als werkgever ook premies werknemersverzekeringen en zorgverzekeringswet moet afdragen tot het premiemaximum van € 57.232. Hoeveel dit is, hangt onder meer af van de aard van het arbeidscontract (vast of flexibel) en uw premie Whk, maar dit is minimaal al gauw zo’n 16%.

Daardoor is bruteren ook voor werknemers in de eerste belastingschijf voor u vaak duurder.

Wanneer is bruteren wel voordeliger?

Bruteren is in beginsel alleen voordeliger voor werknemers met een jaarsalaris tot zo’n € 20.000. Door het hogere brutoloon bestaat dan juist recht op hogere heffingskortingen en betaalt men weinig belasting.

Voorbeeld: Een parttimer met een jaarsalaris van € 15.000 krijgt een bonus van € 1.000. Bruteren kost u in dit geval slechts € 94. U betaalt over € 1.094 ook minstens 16% = € 175 extra aan premies. In totaal bent u met bruteren maximaal € 800 -/- € 94 -/- € 175 = € 531 goedkoper uit.

Let op de toeslagen

Werknemers met een lager inkomen kunnen recht hebben op een of meer toeslagen. Een hoger brutoloon kan minder toeslag opleveren, waardoor het voordeel kan verminderen of verdwijnen.

Wat kunt u hiermee?

Veel werkgevers hikken tegen de eindheffing van 80% van de werkkostenregeling aan, maar deze is in de praktijk toch vaak voordeliger dan bruteren. Als u alle factoren meerekent, is bruteren in beginsel alleen voordeliger bij een jaarsalaris tot ongeveer € 20.000. Bereken daarom vooraf het totale inkomenseffect, zodat u per werknemer voor de goedkoopste optie kunt kiezen. Houd er rekening mee dat u uiterlijk bij het toekennen van de vergoeding of verstrekking deze keuze moet maken.

 

 

 

Bron: Indicator Tips & Advies